Organisatie
Onderwijs

‘Iets bij studenten teweeg brengen’

Lesgeven is meer dan een verhaaltje oplepelen voor de klas, dáárover zijn de finalisten voor de Teacher of the Year Award het alvast eens. De vijf beste docenten over hun drijfveren, onderwijstrucjes en veranderende studenten. 'Ik geef werkelijk om hun ontwikkeling als mens en niet alleen om hun intellect.' Tekst: Emma Diemont, Alexandra Branderhorst, Rob…

Studenten van tegenwoordig zijn erg toegewijd’

Naam: André van Lammeren, universitair hoofddocent Vakken: o.a. Celbiologie, Structuur en functie van planten, Reproductie van planten, Biologie van de plant bij de vakgroep Celbiologie en gezondheid. Eerdere nominaties: in 2004 en in 2010. In 2010 werd hij Teacher of the Year.

‘Mensen vinden motten en paarden vaak leuker dan planten. De aardigheid van een plant zie je pas als je zijn eigenaardigheden ziet. Die moet je dus tonen. Van het geld van de leermeesterprijs in 2010 heb ik onder meer tien eenvoudige time lapse camera’s aangeschaft. Als je daarmee gedurende een langere periode beelden vastlegt, zie je hoe geweldig bewegelijk een plant is. De ene persoon snapt iets door het te horen, de ander door een tekst te lezen en de volgende door een tekening te zien. Ik bied de stof op verschillende manieren aan. Zelf ben ik visueel ingesteld en ik gebruik veel foto’s die ik zelf gemaakt heb, van over de hele wereld. Wanneer je het beeld van een situatie, proces of bouwprincipe stap voor stap opbouwt, begrijpen mensen complexe processen beter. Als je een student helpt een ingewikkeld proces te doorgronden, kan er veel meer in het hoofd dan wanneer je losse flarden geeft. Studenten werken erg hard en zijn erg toegewijd tegenwoordig. Ze moeten serieuzer met hun tijd omgaan dan eerdere generaties. Zelf ben ik bij de universiteit gaan werken omdat ik zowel het onderwijs als het onderzoek niet kon laten. De wereld is geweldig boeiend en het is mooi wanneer je inzicht krijgt in oorzaak en gevolg en grotere verbanden. Wanneer studenten later decision makers worden, maken ze hopelijk betere, meer verantwoordelijke en ethische beslissingen dankzij de kennis die ze hier hebben opgedaan.’ ‘Ik wil uitdragen hoe leuk wetenschap is’

Naam: Dolf Weijers, persoonlijk hoogleraar

Vakken: o.a. Celfysiologie en genetica, Systems at work, Bio-informatietechnologie, Systeembiologie bij de vakgroep Biochemie Eerste nominatie

‘Het is fascinerend een spil te zijn in het raderwerk van het verkrijgen van kennis. Ik geef basisbiochemie in het tweede jaar. We behandelen dan bijvoorbeeld hemoglobine, een stof die zuurstof transporteert in het bloed. Dat klinkt in eerste instantie nogal saai, maar is heel interessant als je je bedenkt dat het überhaupt kan werken. Hemoglobine neemt de zuurstof op uit de longen, bijvoorbeeld, en laat het weer los in de spieren. Verder probeer ik de actualiteit in de basisvakken te integreren. Je kunt een leerboek doorwerken, maar ook een recent wetenschappelijk artikel, zodat studenten actuele inzichten krijgen in een onderwerp. Sinds 2006 geef ik les in Wageningen, daarvoor werkte ik vier jaar in Duitsland en ik promoveerde in Leiden. Als ik het vergelijk springt Wageningen eruit. Ik zie veel enthousiasme en een oprechte wens om te leren bij de studenten. Ze komen hier omdat ze een specifieke interesse hebben. Onderzoek en onderwijs gaan voor mij samen. Ik werk op de universiteit omdat ik het belangrijk vind een volgende generatie onderzoekers op te leiden. Soms wordt onderzoek vooral doelgedreven, door politiek. Maar ik blijf erop hameren hoe belangrijk passie is om dingen te willen begrijpen. Dit is het recept voor succes en dit enthousiasme probeer ik aan studenten door te geven. Ik wil uitdragen hoe leuk wetenschap is en hoe bevoorrecht we zijn dat we dit mogen doen.’

‘Er kwamen lui op klompen binnen, een hond liep door de collegezaal’

Naam: Huub Savelkoul, hoogleraar Vakken: o.a. Celbiologie en gezondheid, Ontwikkeling en gezond ouder worden en (voedsel)allergie bij vakgroep Celbiologie en immunologie. Al vijf keer eerder genomineerd voor Teacher of the year

‘Alweer genomineerd voor Teacher of the year! Ik vind het verbazingwekkend dat ik hier zo consistent kom bovendrijven. Maar ja, je bent niet voor niets hoogleraar, geen ‘hoogonderzoeker’. Onderwijs hoort binnen de universiteit op nummer één te staan. Studenten luisteren het beste naar andere studenten: als een medestudent wat vertelt is er plotseling 200 procent aandacht. Daar maak ik graag gebruik van. In het vak over voedselallergie en immunologie vraag ik wie er last heeft van een allergie. Dan gaan er altijd heel wat vingers omhoog. Als ik de studenten dan vraag hoe ze daarmee omgaan is het gelijk doodstil. Door dicht bij de belevingswereld van de studenten te komen wordt de informatie levendig en tastbaar. In de loop van de tijd zijn studenten veranderd, ze zijn nu liever. Toen ik studeerde zaten er in de collegezaal breiende dames die af en toe wat noteerden, er kwamen lui op klompen binnen, er liep een hond door de collegezaal. Een ander verschil is dat studenten het liefst hapklare brokken krijgen. Ze willen tot op de regel nauwkeurig weten wat de examenstof zal zijn. Een wat minder academische instelling dus. Goede studenten stimuleer ik graag door ze te betrekken in het onderwijs. Als een student machtig geïnteresseerd is, kun je ze wat extra’s bieden op intellectueel vlak. Zo zijn er zo’n tien tot twintig studenten per jaar die bij practica assisteren. Dat is heel nuttig, je leert immers het meest door uit te leggen aan een medestudent.’

‘Mezelf horen praten vind ik saai’

Ljiljana Rodic-Wiersma Vakken: o.a. Closed cycle design en Managing urban infrastructure bij de vakgroepen Management Studies en Mileutechnologie Eerdere nominatie in 2012

‘Mezelf een uur lang horen praten vind ik saai, dan val ik in slaap. Daarom zoek ik in een college altijd de dialoog met studenten op. Als we er voor kiezen bij elkaar te zijn om iets te leren, dan moeten we daar ook gebruik van maken. Er moet stevig gewerkt worden. Wat ik mijn studenten wil leren, is omgaan met de onzekerheid van het leven. Er is wel waarschijnlijkheid, maar zekerheid bestaat niet in het universum. Daarom geef ik maar beperkte instructies in mijn opdrachten. Dat beangstigt of frustreert studenten soms, maar als ik alles uitstippel blijft er weinig ruimte over voor hun creativiteit. Ik ga pas in discussie als studenten de vrijheid nemen zelf vragen te stellen en ideeën te ontwikkelen. Soms ben ik zo verrast door een rapport dat ze hebben geschreven, dan zit ik heerlijk te genieten. Dat is wat mij drijft. Ik geef werkelijk om hun ontwikkeling als mens en niet alleen om hun intellectuele kennis. Mijn doorlopende vraag is: hoe kan ik kennis beter activeren? Als ik iets ingewikkelds ga vertellen of ik zie dat studenten indutten, maak ik ze eerst wakker. Bijvoorbeeld, ga staan en spel het woord ‘coconut’ met je hele lichaam. Het bloed gaat stromen, iedereen lacht even en zo vergroot je de capaciteit van de hersenen om kennis op te nemen. Studenten zijn veel meer uitgesproken dan 20 jaar geleden. Natuurlijk hadden ze toen ook een mening, maar nu spreken ze hem ook veel meer uit naar een docent. Positief of negatief. Ik vind die feedback fijn, en daar groei ik van.’

‘Begeleiding kost me handenvol tijd’

Naam: Ute Sass-Klaassen, universitair docent Vakken: o.a. Forest resources and Sustainable forest management systems bij vakgroep Bosecologie en bosbeheer Eerdere nominatie in 2011

‘Goed les geven, dat valt of staat met voorbereiding en betrokkenheid bij de inhoud en bij de studenten. Dat klinkt misschien simpel, maar dat is in mijn ogen de sleutel tot succes. Voor mijn colleges zoek ik altijd van te voren naar het laatste nieuws over het onderwerp dat ik behandel. Wat stond er gister in de krant? Zo zien studenten dat wat ze leren er echt toe doet, nu en in hun werk later. De persoonlijke begeleiding van mijn studenten kost me handenvol tijd. De vijftig leerlingen die nu het vak Forest Resources doen, vraag ik bijvoorbeeld na elke excursie een verslag te schrijven. Al die verslagen kijk ik na en ze krijgen allemaal persoonlijke feedback. Daar gaat veel tijd in zitten, maar dat is het ook echt waard. Je ziet dat het elke keer beter wordt. Als studenten merken dat je echt om ze geeft, zijn ze ook geïnspireerder en gemotiveerder om hard te werken. Het liefst ga ik met mijn studenten de deur uit. Niets leuker dan echt te zien wat je in colleges hebt geleerd. Natuurlijk kijken wij naar bosbeheer in de praktijk maar als het kan gaan we ook naar een biomassacentrale of een grote houtzagerij. Dan kun je de geur opsnuiven van een boom die net is gezaagd en je ziet er gigantische stammen tropisch hout met een diameter van twee meter liggen. Geloof me, dan snap je ineens wat het betekent als zo’n enorme boom omvalt in een regenwoud.’

Van links naar rechts: André van Lammeren, Ute Sass-Klaassen, Dolf Weijers, Ljiljana Rodic-Wiersma en Huub Savelkoul

Word Teacher of the year 2014

Natuurlijk wil iedere docent meestrijden om de titel Teacher of the year. Gezien de concurrentie is dat geen eenvoudige missie: Wageningen Universiteit scoort in de Keuzegids al jaren met het beste bachelor onderwijs. Hoe boeit, vermaakt en inspireert een docent volle collegezalen zodat de studenten in 2013 op hem of haar stemmen? We vroegen het onderwijskundige Olivia Peeters van het IOWO, een onderwijsadviesbureau dat universitair docent traint. Onderwijs geven is niet alleen informatie overdragen maar iets bij studenten teweeg brengen, zegt Peeters. ‘ Ze aan het denken zetten en zelf tot conclusies laten komen. Een consumptieve, passieve houding is echt niet meer van deze tijd.’ Innovatieve docenten gebruiken hier technologie voor. Zij laten studenten via smartphones en laptops vragen beantwoorden tijdens college. Omdat ze vaak al weten waar struikelblokken zitten, leggen ze deze begrippen alvast uit in online mini-colleges. Dat vermindert het aantal glazige blikken in de zaal. De sluwste docenten gebruiken bovendien trucs om colleges onvergetelijk te maken, vertelt Peeters. ‘Eentje gaf college over de juridische bescherming van het procedé waarmee je Wokkels-zoutjes maakt. Hij illustreerde dat door zakken Wokkels de zaal in te gooien. Dat vergeten studenten nooit.’ De universiteit kan docenten ook helpen beter te onderwijzen. Zo duren hoorcolleges traditioneel drie kwartier. Dit terwijl mensen hun aandacht maar circa twintig minuten kunnen focussen. Peeters: ‘Waarom niet experimenten met kortere hoorcolleges, van twintig tot dertig minuten en daarna een werkgroep? Je moet bekijken hoe je effectief zoveel mogelijk kennis overdraagt, niet hoe je zoveel mogelijk informatie in zo min mogelijk tijd propt.’ Ook het aanbieden van videoregistratie, waar de WU volop mee experimenteert, is een goed idee. ‘Bij de Nijmeegse opleiding natuurkunde bleek de opkomst hierdoor hoger te worden. Studenten haken niet meer af omdat ze de draad kwijt­raken en volgende colleges niet meer kunnen volgen.’ Peeters wil dan ook niets weten van het gesomber over de tijdgeest, afgeleide studenten en het afschaffen van hoorcolleges: ‘Er zijn nog steeds colleges waar studenten de hele tijd geboeid opletten.’

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.