Wetenschap - 6 december 2001
Werkplek: Hydraulisch lab
Werkplek: Hydraulisch lab
Ir Arno Hilberts, kersverse aio bij Hydrologie en Kwantitatief Waterbeheer, heeft er zin in om hier proeven mee te doen. Waar het hem om gaat, zijn de waterstromen in de grond. Om die te meten, heeft hij druksensoren in de grond gestoken. Die meten de grondwaterstand.
In deze proefopstelling gebeurt alles heel gecontroleerd. Hilberts kan precies instellen hoeveel regen er valt en even precies meten hoeveel er weer uit lekt. Ook kan hij exact instellen hoe steil de proefhelling is. Later gaat hij ook de vorm van de helling veranderen. Met schotten laat hij dan de helling taps toelopen of juist smal beginnen en wijd uitlopen. Zo kan hij nagaan welke invloed de hellingvorm heeft op de berging en afvoer van water.
De proefhelling is bedoeld om te kijken of bestaande gedetailleerde modellen voor waterstroming te vervangen zijn door simpele modellen die makkelijker in de praktijk zijn te gebruiken. Met de modellen is het bijvoorbeeld mogelijk om hoogwaterstanden in rivieren te voorspellen, want het water dat in Nederland stroomt, wordt grotendeels bepaald door bergen in buurlanden. | M.Hg, foto G.A.