Wetenschap - 14 juni 2001
Werkplek: Histologisch laboratorium Rikilt
Werkplek: Histologisch laboratorium Rikilt
Schalk-Jansen krijgt van alles onder het mes. Vandaag snijdt ze coupes van de prostaat en de testes van ratten. Andere keren zijn het geslachtsorganen van koeien, stieren of kalveren, dan weer de lever of schildklier, lengtedoorsnedes van kikkervisjes, of zelfs rookworst, leverworst en kattenvoer.
De organen komen bij het laboratorium binnen vanaf het slachthuis, gefixeerd in formaline. Eerst gaan ze in de ontwateringsmachine. Daarna worden de weefsels ingebed in paraffineblokjes. Dan komt het moeilijkste werk: het snijden.
De blokjes staan klaar op een koelplaat. Schalk-Jansen neemt een blokje, zet het vast in de rotatiemicrotoom en draait met haar rechterhand aan het wiel, nu eens sneller, dan weer langzamer, op het gevoel. De dunne plakjes die eraf komen, legt ze in een strekbad, een kom gedestilleerd water, waarin de coupes zich uitstrekken. Daarna vangt ze de coupes op uit het water op een objectglaasje. Tenslotte volgt een kleuring, machinaal of met de hand. Sommige kleuringen geven een overzicht van het weefsel aan, andere kleuren bijvoorbeeld alleen koper, ijzer, gal of bindweefsel. Voor elk doel is er wel een kleuring. Dan is de coupe klaar voor microscopisch onderzoek. | M.H., foto G.A.