Startup Caenator ontwikkelde de frietautomaat samen met Wageningse onderzoekers en kreeg subsidie van Startlife. Na de presentatie in het Restaurant van de Toekomst reisde het prototype over de campus om te kijken hoe de markt erop zou reageren, vertelt Marc Derksen van Caenator. In no time had de machine de interesse gewekt van grote supermarktketens in binnen- en buitenland (‘van Brazilië tot Zuid-Afrika’), shoppings malls en IKEA. ‘Ik had nooit verwacht dat de belangstelling zo groot was’, aldus Derksen. ‘Het showen en laten draaien van de machine was al snel niet meer relevant, het ging om de volgende stap.’
Momenteel is de Wageningse startup in gesprek met financiers, bouwers en uitbaters van de frietmachine. Een lastige klus om alles rond te krijgen, aldus Derksen. ‘Een Franse supermarktketen wil de frietmachine in gebruik nemen. We moeten het prototype nu dus doorontwikkelen tot een getest bètamodel, dat we in productie kunnen nemen. Daar is veel geld en tijd voor nodig, want het gaat om duizenden machines. Je weet van tevoren dat het erbij hoort, maar soms is het frustrerend dat het zo lang duurt om alle lijntjes aan elkaar geknoopt te krijgen.’
2016 wordt dan ook een spannend jaar, denkt Derksen. ‘Beginnen als startup is redelijk makkelijk, maar je hebt een partij nodig die in je product gelooft en bereid is daar flink in te investeren. Daar lopen veel jonge, innovatieve bedrijven op stuk. In Nederland zijn er weinig mogelijkheden voor startups om verder uit te bouwen. Voor ons is dit een hele positieve ontwikkeling, maar er moet nog veel gebeuren.’
Meer hierover:
Campus krijgt innovatieve frietautomaat