Organisatie
Achtergrond
Onderwijs

Spookstad De Dreijen

De Dreijen is een spookstad geworden. Lege gebouwen echoën een – bijna – voltooid verleden tijd. Maar verval heeft ook zijn mooie kant, toont fotografe Margriet van Vianen in haar kijk op de Dreijen.
Roelof Kleis

Foto’s Margriet van Vianen

Met het vertrek van de laatste wetenschappers komt een einde aan de tweede Wageningse campus. Alhoewel, een echte campus is de Dreijen nooit geworden. Een concentratie van al het onderzoek en onderwijs op de berg is nooit echt van de grond gekomen.

Het oudste gebouw, de Rijkstuinbouwschool (het gebouw met de klok) werd al in 1896 gebouwd. Het hart van De Dreijen kreeg evenwel in de jaren zestig en zeventig gestalte. Het Scheikundegebouw werd in 1961 voltooid. Het Transitorium (1971), Wiskundegebouw (1972) en Biotechnion (1974) volgden. De laatste wacht binnenkort de sloopkogel. Het Scheikundegebouw wordt vanaf september gebruikt voor onderwijs.

‘Ik zal er geen traan om laten’

12-ACH Dreijen portretjes Van der Vlies.jpgTwintig was-ie, net van de mts en eigenlijk wilde hij in dienst. Maar Richard van der Vlies (Lunteren, 1963)

kwam de keuring niet door. Uitzendbureau Start had wel een plekje voor hem in Wageningen bij de Landbouwhogeschool. ‘Wageningen? Ik had er wel eens gevoetbald.’

Hij kwam op de Dreijen in de werkplaats terecht. ‘Kleine dingetjes herstellen, van alles en nog wat. Ik vond het wel lekker.’ Na vier jaar werd het een vaste baan. En weer later verkaste hij naar ‘de TIB’, Techniek en Installatie Beheer. ‘Ik wilde meer zien dan alleen de werkplaats.’ De TIB werkte voor alle gebouwen van de universiteit in Wageningen.

Van der Vlies fietste al die jaren dagelijks heen en weer tussen Wageningen en zijn woonplaats Lunteren. Vijftien kilometer enkele reis, weer of geen weer. ‘Dat maakt me niet uit. Onderweg kun je alles lekker van je af fietsen.’ En natuurlijk heeft-ie wel eens over een andere baan nagedacht. ‘In periodes dat erover werd gesproken om het onderhoudswerk uit te besteden. Maar ik werk hier met plezier. Geen dag is hetzelfde en in het technische deel kan ik goed mijn ei kwijt. Ik heb bovendien relatief veel vrijheid om het werk zelf in te delen.’

Sinds twee jaar werkt Van der Vlies als technische man in Forum. Zijn Dreijen-gevoel? ‘Ik zal er geen traan om laten als het plat gaat. Je kunt wel zitten mokken, maar dat helpt niet. En de laatste jaren was het toch ook een beetje een dooie boel aan het worden.’

Liever op de Dreijen gebleven

Hans Lyklema kun je gerust een diehard noemen. Op zijn 85ste fietst de emeritus hoogleraar Fysische en kolloïdchemie nog dagelijks naar zijn werk. Tot anderhalve week terug was dat de Dreijen. Op zijn 31ste, we tellen september 1962, werd hij er hoogleraar. Een paar jaar daarvoor was Lyklema, pas gepromoveerd in Utrecht, al gevraagd. ‘Dat ging toen nog zo. Je solliciteerde niet, je werd gevraagd.’ Maar hij nam een jaar de tijd om te ‘rijpen’ als gasthoogleraar aan de University of Southern California. Zijn eerste vaste baan daarna, werd meteen ook zijn laatste. Eind 1995 ging hij formeel met pensioen.

De Dreijen was een prachtplek om te werken, vindt Lyklema. ‘Ik kwam uit Utrecht, waar ik gestudeerd heb en ben gepromoveerd. Daar werkte ik in een lab uit 1902.’ Hij roemt de ruime gebouwen en de faciliteiten die hem in Wageningen wachtten. ‘Het Scheikundegebouw was modern en zeer functioneel. Met royale kamers, sommige met trilvrije tafels, een souterrain met veel opslagruimte, plenty parkeergelegenheid en een botanische tuin rondom. Ik heb er altijd met veel plezier gewerkt.’

Als het aan Lyklema had gelegen, waren ze op de Dreijen gebleven. ‘Ook al werd die berg in de loop der tijd steeds hoger.’ In Helix is de ruimte krap. Zijn archiefkast bijvoorbeeld, kon niet mee. Toch hoor je hem niet klagen. Ook op de Dreijen moest ‘het geweten van de leerstoelgroep’ de laatste tijd zijn kamer delen. En dan, met milde zelfspot: ‘Ik word nog steeds getolereerd.’

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.