Wetenschap - 1 januari 1970
Splinters
Splinters
Een serveerster draagt een bord met drie dampende gehaktballen uit de keuken van sportcentrum De Bongerd en zet het neer op de bar in de kantine. Uit de ballen sijpelt vet op het bord, waar het een plasje vormt. Het is het beste als een onervaren persoon ze in de magnetron klaarmaakt, stelt Tijs Ketelaar vanaf zijn barkruk. Dan komen er van die lekkere harde korsten op en zijn ze nog net wat bevroren van binnen. Vergenoegd kijkt hij naar de drie heren naast hem, op een rij aan de bar. Hij heeft ze uitgedaagd voor een eetwedstrijd: wie in twee uur tien gehaktballen eet en ze daarna nog een uur binnenhoudt, krijgt van Ketelaar een fles whisky. Wie voortijdig afhaakt, geeft hem een fles
Het lastige van die ballen is dat ze niet doorlopen in je spijsverteringskanaal, vervolgt Ketelaar. Na de vierde of vijfde bal zit je maag vol. Daarna gaat het pijn doen; er passen er gewoon niet meer dan vijf of zes in je ribbenkast. Hij spreekt uit ervaring. Bij een vorige weddenschap moest ik er vijftien eten, maar na zes ballen ben ik gestopt.
Om tien uur heet een presentator het publiek welkom bij de gehaktballenmarathon van basketbalvereniging Sphinx. De drie eters zitten klaar voor de eerste bal. Marc Schutte, 1,86 meter en 72 kilo, probeert met zijn mes door de korst heen te zagen. Dit is niet te eten, roept hij al na de eerste hap. De eter naast hem is met zijn 1,93 meter en 105 kilo een geduchte tegenstander. De zwaargewicht, die niet bij naam genoemd wil worden om zijn wetenschappelijk blazoen niet te bevlekken, heeft ook problemen met zijn bal. Beduusd: Hij is nog bevroren.
Desondanks werken beiden in een mum van tijd hun eerste balletje weg. Ketelaar noteert de stand op een bierviltje en de barman draagt onmiddellijk nieuwe gehaktballen aan. De zwaargewicht grist zijn tweede bal van het bord en boert eens flink, waarna hij verder smakt. Tussen twee happen door: Ik ga me vanavond niet netjes gedragen.
Om twintig over tien slikt Schutte het laatste restje van zijn derde bal weg. De zwaargewicht is op dat moment al aan zijn vierde bezig. Bobby van der Zwan, de derde eter, staart sip naar zijn onaangeroerde tweede bal. Zweet parelt op zijn voorhoofd. Hij snijdt een stukje van de bal, steekt het in zijn mond, maar als hij probeert te slikken schiet het in zijn wang in plaats van in zijn slokdarm. Er zitten harde stukjes in die bal. Schapenknietjes, verklaart Ketelaar, waarna hij aanmoedigt: Het Sphinx-record is 8,23 bal. Die jongen ging daarna naar de plee. Wat eruit kwam was oon brok gemalen gehakt. We hebben trouwens nog niet afgesproken wie de plee gaat ontstoppen.
De zwaargewicht ziet na vijf ballen wat bleek en gaat onder escorte naar buiten om een luchtje te scheppen. Als hij straks ineens weer snel gaat bikken, ga ik buiten zoeken, gromt Ketelaar
Als de zwaargewicht weer terugkomt, staat hij gelijk met Schutte: vijf-vijf. Met zijn zesde bal heeft hij zichtbaar moeite. Je moet er een broodje bij eten, weet een omstander. Dat absorbeert vet. Of drink er koffie bij; activeert de vertering.
Van der Zwan haakt af. Al na drie ballen kan hij niet meer. Ik was net al aan het herkauwen. Even voor de wedstrijd at hij een zakje cashewnoten. Beteuterd: Ik was vergeten dat we vanavond deze wedstrijd hadden. Niet veel later houdt ook de zwaargewicht het voor gezien. Tevreden tekent Ketelaar een tweede fles whisky op zijn bierviltje
Maar Schutte gaat door. Even voor twaalven werkt hij zijn negende bal naar binnen. Je moet nu wel snel de tiende bestellen, jent Ketelaar, waarop Schutte droogjes antwoord: Dat heb ik al gedaan. Ik laat me nu niet logistiek naaien.
Grimmig verorbert hij ook de tiende bal, waarna hij zwanger is van 1250 gram gehakt. Een uur later zit de vleesklomp nog steeds in zijn maag, waarmee hij een fles whisky heeft verdiend. Van der Zwan is verbijsterd. Hij is er gewoon goed in... Maar hij moet nog wel wat oefenen met het drinken van whisky, want dat lust hij eigenlijk niet. E.R., foto R.v.B
Waar haal jij je water vandaan, vroeg een medestudent me voorzichtig in de eerste weken dat we in Wageningen waren. In geen enkele kantine van de Landbouwuniversiteit is een fonteintje of een kraantje waar je drinkwater kunt tappen. Daarvoor moet je naar de wc. Dat is voor veel buitenlandse studenten op zijn zachtst gezegd ongebruikelijk. Afrikanen, Aziaten maar ook Amerikanen hebben zich bij ons beklaagd over de vreemde Nederlandse drinkgewoonte
Vertegenwoordigers van de internationale MSc-programma's van de universiteit hebben laatst de klachten van studenten over de studiefaciliteiten in kaart gebracht. Naast het wc-water klaagden studenten ook over onvoldoende parkeerruimte voor fietsen, het ontbreken van openbare telefoons in veel gebouwen en een gebrek aan koffie- en snack-automaten
Het grootste probleem zijn de openingsuren van gebouwen. Ik studeer zelf Agricultural economics and management in De Leeuwenborch. Daar is het redelijk geregeld. De computers zijn niet allemaal even nieuw, maar het gebouw is tot half elf 's avonds open. Maar in andere gebouwen kun je niet terecht. Dat is vooral voor internationale studenten erg lastig. De meeste Nederlandse studenten hebben zelf wel een computer. Veel buitenlandse studenten zijn echter aangewezen op de computers van de universiteit omdat zij voor het korte verblijf in Nederland geen eigen computer aanschaffen. Vooral in het weekend en 's avonds als er geen colleges en practica zijn, wil je achter de computer kunnen om achterstallig werk in te halen. Maar dat kan dus bij een aantal opleidingen niet. Waarom de ene richting wel en de andere niet? Wij willen graag oon duidelijk beleid voor de studiefaciliteiten, dat geldt voor alle internationale opleidingen