Organisatie - 1 januari 1970
Spieringvisserij blijft op slot
Vissers mogen geen proefvangst houden om te bepalen of spieringvisserij in het IJsselmeer mogelijk is. Dat heeft de rechtbank in Den Haag vorige week bepaald.
Ruim vijftig spieringvissers uit Urk, Enkhuizen en Volendam hadden een kort geding tegen de minister aangespannen omdat zij, volgens traditie, een proefvangst wilden uitvoeren om de spieringstand te peilen. Hierbij trekken vier schepen erop uit om honderd proeffuiken uit te zetten. Wordt per fuik meer dan twintig kilo gevangen, dan kan de spieringvisserij beginnen. De rechter heeft de eis van de vissers afgewezen. De vissers hebben aangekondigd hiertegen in beroep te gaan.
‘We volgen de ontwikkelingen nauwgezet, maar zijn formeel geen partij. Onze rol blijft vooralsnog beperkt tot die van getuige-deskundige’, verklaart drs Eric Jagtman, hoofd onderzoek van het RIVO. Hij verwacht dat het beroep tot volgende week zal worden uitgesteld aangezien de rechter zijn motivatie op dinsdag 8 maart nog niet bekend heeft gemaakt. Er zit wel druk op de ketel, want de spieringvisserij begint normaal rond begin maart en wordt gedurende hooguit vijf tot zes weken uitgeoefend.
De procederende vissers worden niet gesteund door de vissersbond. Die is juist met de minister in onderhandeling over een ‘warme sanering’ van de IJsselmeervisserij. Het IJsselmeer geldt nog altijd als het zwaarst beviste meer ter wereld. De palingvisserij is in omvang het grootst. De spieringvisserij had in 2003 nog maar een aandeel van vier procent van de totale aanvoerwaarde. De kleine visjes worden vooral verkocht naar Zuid-Europese landen, waar gefrituurde spiering bekend staat als een lekkernij. / GvM