Wetenschap - 1 januari 1970
Slib belemmert zicht bij onderwaterhuis
Eigenlijk staat het onderwaterhuis van duikclub De Kaaiman op een verkeerde plek. De onderzoekers dr Miquel Lurling en ir Marije van Hal van de leerstoelgroep Aquatische Ecologie en Waterkwaliteitsbeheer zien echter ook wel andere mogelijkheden dan een verhuizing om het slechte zicht bij het achttien meter diep liggende onderwaterhuis te verbeteren.
De onderzoekers doken tussen juni 2002 en juni 2003 regelmatig in de diepe plas om monsters te nemen die duidelijkheid moesten scheppen over het doorzicht in de plas. Het probleem met het onderwaterhuis is eigenlijk simpel, aldus de onderzoekers. ,,Nederland is een delta, waardoor het water voedselrijk is en waardoor er veel deeltjes in het water zweven’’, stelde Lurling tijdens de presentatie. ,,Het diepste punt van een plas functioneert altijd als een soort slibval, dus heb je altijd neerslag van deeltjes. En laat daar nou juist het onderwaterhuis staan.’’
De duikers moeten goed bedenken wat ze met het onderwaterhuis willen, stelden de onderzoekers tijdens de presentatie. Het staat op de verkeerde plek om onder water naar planten en dieren te kijken, maar verplaatsen is te duur. Hetzelfde geldt voor het uitbaggeren van de plas. Wat wel mogelijk is om in de plas een diepe put te graven die dan dient als een natuurlijke slibval, zodat het slib dieper neervalt dan het punt waar nu het onderwaterhuis staat.
Voor het tegengaan van de slibaanwas geven de onderzoekers twee mogelijkheden. Een optie is te gaan praten met de naburige golfclub over het bemesten van het gras op het golfterrein, zodat er minder fosfaat in de plas uitspoelt. Een andere optie is het stimuleren van de plantengroei in de ondiepe delen van de plas. Het probleem daarbij is echter dat in de plas Chinese graskarpers huizen die juist zijn uitgezet om plantengroei tegen te gaan. Bovendien is de plas op grotere diepte veelal kouder dan acht graden Celsius en ook nog eens erg donker, wat niet bevorderlijk is voor de plantengroei. |
M.W.