Wetenschap - 14 mei 2009
STEEDS MEER RESISTENTE BACTERIËN IN VEEHOUDERIJ
Het aantal antibioticaresistente bacteriën in de veehouderij blijft groeien, als gevolg van toegenomen antibioticagebruik. Dat stelt het Centraal Veterinair Instituut (CVI), dat de bacteriën onderzocht samen met het RIVM, de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA), de Gezondheidsdienst voor Dieren en de Faculteit Diergeneeskunde in Utrecht.
Terwijl de MRSA-bacterie voornamelijk wordt overgedragen naar de mens via direct contact, loopt de overdracht van de ESBL’s naar de mens ook via de voedselketen, vermoedt het onderzoeksteam onder leiding van prof. Dik Mevius van het CVI. Hun bevindingen staan in het rapport MARAN 2007 (Monitoring of Antimicrobial Resistance and Antibiotic Usage in Animals in the Netherlands).
De groeiende antibioticaresistentie van bacteriën is het gevolg van toegenomen antibioticagebruik. MARAN baseert zich daarbij op een LEI-publicatie uit februari, waarin staat dat het gebruik van antibiotica op voorschrift van dierenartsen de afgelopen tien jaar bijna is verdubbeld.
LEI-onderzoeker ing. Nico Bondt: ‘Wellicht hebben de veehouders door de schaalvergroting onvoldoende tijd om naar individuele dieren te kijken, waardoor ziektes relatief laat worden opgemerkt. De cijfers in de zeugenhouderij wijzen daarop, want grote varkensbedrijven gebruiken gemiddeld drie keer zoveel antibiotica als kleine.’ Bij de vleeskuikenhouders blijkt een kwart van de bedrijven verantwoordelijk voor de helft van het gebruik. Bondt: ‘Sommige boeren gebruiken antibiotica waarschijnlijk voor de zekerheid, anderen alleen als het echt nodig is.’
Omdat de resistente bacteriën uit de veehouderij een serieuze bedreiging zijn voor de volksgezondheid, baart de voortdurende groei van het antibioticagebruik de overheid grote zorgen. Landbouwminister Gerda Verburg heeft een commissie ingesteld die met concrete doelstellingen moet komen voor vermindering.