Wetenschap - 15 mei 2008
Regen is vriend én vijand van woudreus
Tegen de verwachting in herbergen natte bossen minder grote boomsoorten dan droge. De vochtige omstandigheden zijn wel ideaal voor de groei, maar spoelen ook belangrijke nutriënten uit. Wel zijn natte bossen veel soortenrijker.

De onderzoekers hebben voor 44 bossen in Ghana gekeken hoe soorten verschillen in hun maximale grootte. De data hebben ze vervolgens gekoppeld aan de regenval. Daaruit blijkt dat bomen in natte bossen veel minder hoog worden. ‘We dachten dat in natte bossen de bomen en boomsoorten groter konden worden, vanwege natte condities die ideaal zijn voor groei’, vertelt dr. Lourens Poorter. Maar dit blijkt helemaal niet zo te zijn. ‘In natte bossen spoelen door de vele regen de nutriënten uit, waardoor de bodem onvruchtbaar is’, verklaart hij.
De soorten in natte bossen zijn meer gespecialiseerd. ‘In een tropisch bos komt maar weinig licht op de bodem. Veel planten doen dus hun uiterste best om zo hoog mogelijk te worden, zodat ze meer licht op kunnen vangen.’ Er zit echter ook een nadeel aan deze strategie, vertelt Poorter. ‘Het duurt jaren voordat deze soorten zijn volgroeid en zich kunnen voortplanten. Soorten die met weinig licht af kunnen, en kleiner zijn, hebben dus het voordeel dat ze zich sneller kunnen reproduceren.’
In een nat bos zijn de verschillen in grootte tussen soorten veel kleiner dan in een droog bos. ‘Dat betekent dat meer soorten in hetzelfde systeem passen. Nattere bossen zijn hierdoor veel soortenrijker dan droge bossen.’
De specialisatie van boomsoorten in maximale groei is volgens de onderzoekers zelfs zo sterk dat geen enkele soort op elkaar lijkt. ‘Modellen lieten eerder zien dat er binnen een ecosysteem groepen van soorten zouden zijn die qua maximale grootte sterk op elkaar lijken. De werkelijkheid is veel fascinerender. Niks lijkt op elkaar. Soorten verschillen juist in cruciale eigenschappen als maximale grootte.’