Wetenschap - 4 december 2008
KEVER VERSPREIDT ZIEKTES IN KIPPENSTAL
De piepschuimkever kan ziekteverwekkers als salmonella en campylobacter in kippenstallen verspreiden. Dat blijkt uit onderzoek van Wageningse microbiologen, waarover ze afgelopen maand publiceerden in Applied and Environmental Microbiology.

‘We vermoedden deze besmettingsroute al langer’, zegt onderzoeker ing. Nico Bolder van het Centraal Veterinair Instituut. Het onderzoek is enkele jaren oud en was via interne rapporten al bekend bij de kippensector, die de kever sindsdien gericht bestrijdt.
De van oorsprong subtropische kever dankt zijn Nederlandse naam aan de goed geïsoleerde plek waar hij gangen graaft en zich voortplant. ‘Bij een zware besmetting vreten ze de hele isolatielaag weg’, zegt Bolder. De piepschuimkever voedt zich met veevoer en afval in de stal en houdt zich bij voorkeur op in vloerkieren. ‘Als de stal afkoelt, kruipt ie naar het isolatiemateriaal onder de vloer of in het dak.’
Ter bestrijding spuiten kippenhouder insecticide in de vloerkieren. Ook hangen ze aluminium profielen – een soort omgekeerde dakgootjes – aan de wanden, zodat de kevers het isolatieschuim in het dak niet kunnen bereiken. In moderne stallen zijn hun nestelmogelijkheden beperkt, omdat het isolatieschuim tegenwoordig is bekleed met aluminiumfolie, waar ze niet doorheen komen. ‘Ze zitten nu vooral onder de vloer’, zegt Bolder.
De kever levert dus een bijdrage aan de verspreiding van campylobacter en salmonella op de boerderij, maar is zeker niet de enige, aldus Bolder. Hij vermoedt dat ook vliegende insecten de ziekmakende bacteriën overdragen.