Edd woonde in Bogota, Colombia, voordat hij vorig jaar vijf maanden in het Noorse Ås doorbracht voor het eerste deel van zijn double-degree. ‘Ås was heel stil. Het is kleiner dan Wageningen met nog minder dingen te doen, en ik genoot van de rust en kalmte. Nu ben ik bijna klaar om weer naar een grote stad te gaan; in september vertrek ik naar Lyon voor het laatste deel van mijn opleiding.’
In Noorwegen hoorde Edd al over het bekende Wageningse studentencomplex Droevendaal van andere studenten die daar met veel plezier hadden gewoond. En nu woont hij er zelf met veel plezier. ‘We wonen in mijn huis met zes mensen, twee katten en vier kippen. We doen veel gemeenschappelijk. We betalen allemaal 15 euro per week en daarvan kopen we ons eten. We doen om de beurt boodschappen, meestal op de markt. Iedereen vervult een andere rol, zonder dat we dat afspreken. Ik bak veel brood en werk wat in de tuin. Anderen bakken weer veel taart. We delen de schoonmaaktaken en eten de meeste avonden samen, wat ik belangrijk vind.’
Ik heb mijn kamer op Droevendaal vol gezet met zaailingen
Edd en zijn huisgenoten zijn ook een moestuin begonnen naast hun barak. ‘Dat vind ik heel leuk. De mensen die voor mij in mijn huis in Noorwegen woonden, hadden hun gewassen in de grond laten zitten, dus ik heb daar aardappels en pompoen geoogst. Sinds ik in Wageningen ben, heb ik mijn kamer daarom volgezet met zaailingen en die ben ik nu buiten aan het planten. De meeste gewassen zullen in juli oogstrijp zijn, als ik wegga, maar ik hoop dat mijn huisgenoten ervan zullen genieten. Omdat ik elke paar maanden verhuis, is het lastig om het hele groeiseizoen vol te maken. Maar ik wil dit hoe dan ook blijven doen. In Lyon ga ik weer proberen om een tuin te vinden. En als dat niet lukt, zet ik gewoon een chiliplant in mijn kamer!’