Organisatie
Medewerkers

Hoe nu verder met VHL?

Het management van Van Hall Larenstein wil na de ontvlechting door als zelfstandige hogeschool. De docenten van de drie vestigingen hebben echter niet veel vertrouwen in dat management en zien weinig meerwaarde in de samenwerking. Hoe gaat het verder? Twee mogelijke scenario's en een analyse.

Hoe gaat het verder? Twee mogelijke scenario’s:

1. VHL verder als eenheid

In dit scenario zullen directie en managementteam (MT) van Van Hall Larenstein snel een onderwijsplan produceren waar alle managers vervolgens achter gaan staan. Het plan voorziet in een aantal ‘unieke’ VHL-opleidingen met landelijke uitstraling, die op één locatie worden aangeboden (denk aan Diermanagement), maar kiest ook voor opleidingen die op meerdere locaties worden aangeboden (denk aan Dier- en Veehouderij). Die laatste opleidingen moeten, vanwege accreditatie, dezelfde leerdoelen en studie-opbouw hebben. Het management vindt een formule die beide opleidingstypen recht doet. Ook de medezeggenschap is in grote lijnen akkoord met dit plan. De MR blijft moeite houden met Ellen Marks als directeur, maar steunt het onderwijsbeleid. Of Marks blijft of niet zal uiteindelijk een beslissing worden van de nieuwe raad van toezicht. Velp en Leeuwarden blijven op hun respectievelijke locaties. VHL Wageningen zal echter uit Forum wegmoeten vanwege de kosten. Er wordt in Wageningen een andere locatie gevonden (de medewerkers willen graag blijven), maar na enkele jaren zal zo’n zelfstandige locatie voor een relatief kleine vestiging toch te duur blijken. Nieuwbouw op de campus in Velp blijkt dan de oplossing. Het ministerie is ook voor behoud van VHL, omdat dat een pijler is in het stelsel van groen onderwijs. Ze benoemt daarom een nieuwe raad van toezicht, die de twee of drie leden van het nieuwe college van bestuur gaat benoemen. Een van de leden van de nieuwe RvT kan speciaal worden benoemd met ‘het vertrouwen van de MR’.

2. Opsplitsen en apart verder

In dit scenario worden directie, managementteam en MR het niet eens over een gemeenschappelijke koers met concrete onderwijsdoelen voor de hogeschool. Het onderlinge wantrouwen tussen de vestigingen blijft groot, er komt geen overeenstemming over het onderwijsaanbod. Zelfstandig kunnen de drie vestigingen echter niet overleven zodat een opdeling van VHL onvermijdelijk is. ‘Leeuwarden’ sluit aan bij de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden (NHL), waarmee het al prettig samenwerkt bij de opleiding Life Sciences en die graag de florerende opleiding Diermanagement wil overnemen. ‘Velp’ klopt aan bij de Hogeschool Arnhem-Nijmegen, die met name een oogje heeft op de opleiding Tuin- en Landschapsinrichting om het profiel ‘Arnhem ontwerpstad’ te versterken. ‘Wageningen’ zoekt in deze variant aansluiting bij Stoas / CAH Dronten. Het voordeel van dit scenario is de stevige regionale inbedding van de VHL-onderdelen en minder overhead. Maar: willen deze hogescholen wel een vergrijsd docentenbestand met veel actiebereidheid overnemen? Of willen ze alleen de beste opleidingen en docenten? In dit scenario heeft het versnipperde VHL niet veel te willen in de onderhandelingen. Bovendien is het ministerie van EL&I geen voorstander van opsplitsing, gelet op haar ‘stelselverantwoordelijkheid’. Die wil juist een herkenbare groep van groene onderwijsinstellingen. Het ministerie wil dus geen gelazer in de VHL-tent. Bij aanhoudende meningsverschillen tussen directie en MR kan het ministerie daarom (al dan niet via de Raad van Toezicht) een bewindvoerder aanwijzen. En die gaat niet subtiel te werk. Er komt in dat geval mogelijk een andere directie én een reorganisatie bij het personeel om de eenheid af te dwingen.

Analyse: Onmacht

De kogel is door de kerk; Wageningen UR en Van Hall Larenstein gaan scheiden. Nu het eerste stof is neergedaald, vraagt menigeen zich af wie of wat de breuk tussen de twee nu heeft veroorzaakt. Het CvB nam het besluit tot ontvlechting, maar legde de zwartepiet bij het VHL-personeel en de medezeggenschapsraad (MR) van de hogeschool. Zij waren degenen die vooruitgang tegenwerkten en vertraagden, zo sprak collegevoorzitter Aalt Dijkhuizen. Maar over de voorwaarden waaronder VHL de samenwerking wél ziet zitten (een eigenstandig CvB en een eerlijker financieel plaatje), werd tijdens de bekendmaking van het nieuws niet gerept Een van de kernwoorden in de hele discussie is onmacht. Het college van bestuur was onzichtbaar op de hogeschool, vooral omdat de bestuurders geen inhoudelijk idee hadden wat ze daar moesten uitrichten. Daar was de directeur voor, maar die leefde al snel in onmin met de MR. Bij gebrek aan gevoel wat de medewerkers in Velp, Leeuwarden en Wageningen bezig hield, was het lastig voor het CvB een oplossing te vinden. Waar moesten Aalt en consorten beginnen? Het was geen desinteresse. Drie of vier keer beloofden ze elkaar beterschap. Maar het kwam er niet van. Ze werkten zich een slag in de rondte, afgelopen jaar bijvoorbeeld aan de topsectoren – een onderwerp waar ze zich wel senang bij voelden. Dat zij de hogeschool aan haar lot overlieten was geen onwil, maar een vorm van onmacht. Ook Ellen Marks toonde onmacht door kritische opleidingsdirecteuren onder druk te zetten of op non-actief te stellen. Ze was de docent die een vervelende student de klas uit stuurt – dan heb je het als docent eigenlijk verloren. De ondergrondse activiteiten van het personeel – ‘Hans moet blijven’ – gaven de VHL-burger moed, maar dat ging vooral om het tegenhouden van beslissingen. Dat gold ook voor de voortdurende vragen en kanttekeningen van de MR over de fusie en nieuwe onderwijsvisie. Een vertragende en procedurele MR die geen alternatief ziet voor ‘alles bij het oude’, heeft het eigenlijk ook verloren. Er zijn grote tegenstellingen tussen de opleidingen bij VHL – een tijdbom voor een vruchtbare samenwerking binnen de hogeschool. Als de MR wil voorkomen dat het opnieuw stagneert, zal ze moeten bedenken wat ze wél wil. Dat interne gedoe blijft, totdat je het oplost. De belangrijkste kwesties zijn: mag Ellen Marks blijven als directeur en wat wordt de onderwijsvisie van een zelfstandig Van Hall Larenstein? Gaat VHL ‘unieke’ opleidingen op meerdere plekken aanbieden? Wordt het belang van de verschillende opleidingen ondergeschikt gemaakt aan het belang van de hogeschool? Die vragen liggen er al jaren en daar doelde Dijkhuizen op bij het besluit tot ontvlechten. Als je niet meer weet hoe je samen verder moet, is ontvlechten een logische stap, want doormodderen was geen optie meer.

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.