Wetenschap

Europa laatste eeuw groener

Europa is de laatste honderd jaar enorm verstedelijkt, maar óók groener geworden. Met deze conclusies haalde promovendus Richard Fuchs afgelopen week de wereldpers.
Rik Nijland

Sinds 1900 nam het bosareaal met een derde toe en landbouwgrond is er steeds minder nodig. Toch zijn die resultaten – die Fuchs met kaarten fraai visualiseert – slechts ‘bijvangst’ van zijn onderzoek bij het Laboratorium voor Geo-informatiekunde en remote sensing. Daar reconstrueert hij veranderingen in landgebruik, om de invloed ervan op klimaatverandering vast te stellen. ‘Na het gebruik van fossiele brandstoffen is verandering in landgebruik wereldwijd de belangrijkste bron van CO2-emissie. ’

Die verschuivingen worden stelselmatig onderschat, betoogt hij in een artikel dat eind september verscheen in het tijdschrift Global Change Biology . Doorgaans dienen officiële statistieken als basis voor veranderingen in landgebruik. Maar die zijn vaak verhullend, vindt Fuchs. ‘Stel dat er vijfhonderd hectare bos wordt gekapt en vijfhonderd hectare geplant. Dan is het netto-resultaat in de nationale statistiek nul, maar er is wel degelijk iets veranderd.’

Om de werkelijkheid dichter te benaderen, ging Fuchs bij andere bronnen te rade. Van de laatste dertig jaar zijn er satellietbeelden beschikbaar; voor de periode daarvoor maakte hij gebruik van encyclopedieën, online-archieven en landkaarten, bijvoorbeeld aangeschaft in het antiquariaat of afkomstig van de CIA Die was gedurende de Koude Oorlog zeer geïnteresseerd in de landgesteldheid in het Oostblok.

Landgebruik in Europa tussen 1900 en 2010

Conclusie: de helft van Europa wordt nu anders gebruikt dan in 1900; dat is een dubbel zo groot oppervlak als tot nu toe werd aangenomen. Veel van die veranderingen zijn terug te voeren op maatschappelijke, politieke of technologische verschuivingen, merkte Fuchs. Zo maakte de opkomst van de kunstmest in Nederland het gebruik van de heide door schapen overbodig. Herbebossing was een goed alternatief. ‘Rond 1900 bestond maar 3 procent van Nederland uit bos; inmiddels is dat 12 procent.’

Op het Franse en Spaanse platteland gebruiken boeren hun goede gronden steeds intensiever, terwijl ze minder productieve percelen laten verwilderen of bebossen. Iets vergelijkbaars gebeurde in het Oostblok na de val van het communisme: marginale gronden werden opgegeven. Onder meer gebeurde dat in de voormalige DDR, de regio waar geo-informaticus Fuchs vandaan komt. Vijf jaar geleden volgde hij hoogleraar Martin Herold vanuit de universiteit van Jena naar Wageningen, om hier te promoveren. Vermoedelijk gebeurt dat in de eerste helft van volgend jaar.

Momenteel heeft Fuchs er evenwel een bijbaan aan om de pers te woord te staan. Om zijn onderzoek onder de aandacht te brengen stuurde Fuchs een mail naar een klimaat-journalist van Der Spiegel. Die hapte toe: er verscheen een interview op de site van het tijdschrift. ‘Daarna sprong The Washington Post er bovenop. Inmiddels ben ik een keer of zes geïnterviewd.’

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.