Student - 22 januari 2009
ETEN WAT DE CONTAINER SCHAFT
Het is woensdagavond 14 januari, half twaalf. Stefan draagt een grote, nog lege boodschappentas en terwijl hij fietst ademt hij wolkjes waterdamp uit die verdwijnen in de donkere lucht. De straten zijn leeg en het enige geluid dat ons trommelvlies doet trillen is het gepiep van onze fietsen. Als de geur van afval onze neus binnenkruipt is het tijd voor actie. We gaan winkelen na sluitingstijd.
We zijn niet de enige studenten die skippen. Er is een groep Wageningers die eet wat supermarkten in overvloed weggooien. Ik ben wel eens in een studentenhuis geweest waar de bewoners bijna alleen skipvoedsel aten. Lekker goedkoop. En bij de container van de Supercoop kwamen Stefan en ik tot voor kort vaak andere hongerige studenten tegen. Wat je niet lekker vond kon je dan ruilen. Het lekkere afval zat daar altijd achter een cijferslot, maar iedereen kende de code. Jammer genoeg is die container weggehaald. We skippen nu bij andere supermarkten. Minder gezellig, wel net zo lekker.
Wie denkt dat skipvoedsel gevaarlijk en ongezond is, overdrijft. We zijn eens uitgenodigd op de koffie bij voedingsmicrobioloog Rijkelt Beumer. Hij vertelde ons bijvoorbeeld dat je vlees over de datum veilig kunt eten als je het maar goed verhit. Voor een paar producten moet je oppassen, zoals vla en ham. En je moet je zintuigen goed gebruiken. Die vertellen je wel of iets nog eetbaar is. Meurt het? Weg ermee. Zo niet, eet smakelijk!