Aan de rand van een vijver op Droevendaal staat een groen tentje pal in de zon. Het is het tijdelijk onderkomen van Cormann. Overdag kan de Duitser in het gebouw zitten waar zijn kamer straks vrij komt en op de dagen dat de huidige bewoonster weg is mag hij op haar kamer slapen. Maar de rest van de tijd slaapt hij in de buitenlucht. ‘Dat vind ik helemaal niet erg. Ik word door de zon gewekt als die op de tent staat de branden in de ochtend. Ik heb eenden als buren en ik hou wel van kamperen.’
Cormann is een MSc-student in het Erasmus programma en gaat hier een jaar lang studeren bij Environmental Sciences. Hij kwam in juli naar Nederland om een kamer te regelen op Droef. Bij de eerste de beste hospiteeravond werd hij meteen geaccepteerd in een woning. Een paar dagen voor de AID kwam hij zijn tentje opzetten. Hij had geen back-up plan toen hij naar Nederland kwam. ‘Als ik geen kamer had gehad dan had ik wel iets geregeld maar ik wilde per se hier op Droef wonen. Ik denk dat je nergens anders tussen dit soort unieke mensen kan wonen.’
Ook wanneer hij op de kamer kan slapen, verkiest hij de tent als het warm weer is. Het bed ligt op een vide boven de deur waar het heel warm kan worden omdat er geen verse lucht naar binnen komt. Tenzij je de ramen open zet. ‘Dat wil je liever niet doen, het stikt hier van de muggen en als je een raam opent dan wordt je helemaal lek gestoken. In mijn tentje is het een stuk koeler en hangt een muskietennet. Dat is veel beter. Ik ben hier nu twee weken en ik zit hier helemaal op mijn plek.’