Student

‘De volkswoede kun je niet zomaar opwekken’

Als voorzitter van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) kwam Pascal ten Have het afgelopen jaar op voor de belangen van ruim een half miljoen studenten. Hij leidde demonstraties, onderhandelde met politici en maakte zoveel uren dat hij vergat te eten. Een terugblik.Tekst: Nicolette Meerstadt en Linda van der Nat

Een terugblik op een jaar dat hem een onthullend kijkje achter de schermen gaf. ‘Ik ben een anti-fan van het politieke spel.’

Goed jaar gehad?

‘Zeker. Vooral in het begin is alles nieuw en superspannend. De eerste keer dat ik in het Achtuurjournaal was, of live op de radio, dat vergeet je nooit meer. Bij de academische jaaropening stond ik ineens een uur tussen Arnoud Boot en Arnold Heertje te praten over de economische waarde van natuur. Ik ben fan van Heertje en had hem al een paar keer voor Studium Generale uitgenodigd, maar dat was te duur. Nu stond ik daar en dacht ik: wat uniek dat ik dit allemaal mag meemaken.’

Ging je rol je gemakkelijk af?

‘Je leert. In het begin maakte ik me soms heel boos over bepaalde zaken. Zo had ik een debat met Bernard Wientjes die uitsluitend over jongeren praatte vanuit een economisch efficiency-denken. Ik werd daar zó kwaad over, dat ik niet meer uit mijn woorden kwam. Ik wilde reageren, maar ik begon gewoon te stotteren. Toen moest ik echt even zitten en een glaasje water drinken. Ik realiseerde me dat het beter is wat afstand te nemen, dat komt veel sterker over. Dat werd later makkelijker, toen ik meer ervaring kreeg, m’n vaardigheden beter onder controle had en de inhoud van dossiers kende.’

Zijn je verwachtingen uitgekomen?

‘Niet helemaal. Ik had een heel ander spel verwacht, veel meer actievoeren, veel harder op de politiek in. We hebben best wat demonstraties georganiseerd; een paar duizend man in Amsterdam, zo’n 1500 in Nijmegen, een fietsdemonstratie die de hele dag live was te volgen via de radio. Maar er was toch een groot contrast met het jaar ervoor, toen er vijftienduizend studenten op het Malieveld stonden. Studenten snappen amper wat er speelt en ze hebben bij dit kabinet niet het idee dat er naar hen geluisterd zou worden. Dan is het heel moeilijk om ze te activeren. Ik vind het wel jammer dat studenten dat hebben laten schieten. Maar ja, je kunt volkswoede niet zomaar opwekken.’

Kun je wel iets bereiken als je achterban stoïcijns blijft?

‘Ja, maar wel door het over een andere boeg te gooien. De ruimte zat dit jaar bij de politiek. Ik heb gemerkt dat als je veel kennis en inhoud hebt, dat je met droge feiten veel meer voor elkaar kan krijgen dan met hard activisme. Dat ligt misschien minder in de aard van onze organisatie, aangezien we van oudsher een rood bolwerk zijn, maar het gaat uiteindelijk om de studenten. We moesten de manier kiezen die het meest effectief was. Dat was de lobby.’

Lobbyen, hoe doe je dat eigenlijk?

‘De dagen rond de Miljoenennota en het Catshuis waren bijvoorbeeld hele spannende momenten. We daagden onszelf uit om als eerste belangenorganisatie te reageren op het mislukken van het Catshuisoverleg en direct met politici en pers te spreken. Die gebeurtenis was een game change; er gaat een streep door alles wat je tot dan toe hebt gedaan en je begint weer helemaal blanco. Veel organisaties moesten daar aan wennen.’

De LSVb niet?

‘Je moet snel denken en snel handelen. Die zaterdag besloten we: laten we inzetten op D66, GroenLinks en ChristenUnie, daarmee in gesprek gaan. Dat was een gok, maar uiteindelijk heeft het vrij positief uitgepakt. Of ze echt naar ons geluisterd hebben, dat weet je natuurlijk niet. Maar in het Lenteakkoord komt toch opmerkelijk veel terug van wat wij hebben meegegeven en doorgerekend voor de begroting van 2013-2014.’

Drukke baan? Voorzitter van ‘s lands grootste studentenvakbond?

‘Het is ontzettend hectisch geweest. Ik het begin lag ik de zaterdagen echt uitgeteld op de bank. Na 68 uur in de week moet je zorgen dat je gaat slapen. De kerstvakantie werkten we door omdat politici toen de stufi voor de bachelor wilden afschaffen. Daarna stapten twee bestuursleden op door de werkdruk. Met z’n drieën in een bestuur, dat was echt zwaar. Je kunt met drie bestuursleden niet én lobby, én actie én pers doen. Ik was zo druk dat ik gewoon vergat te eten. Als je veel dingen te doen hebt, is dat het eerste dat er bij inschiet. Ik ben op een gegeven moment echt kilo’s afgevallen. Zoveel dat je denkt: laat ik maar eens gaan ontbijten met worst, eieren en witte bonen in tomatensaus. In de lente ging het wel weer beter en de laatste vijf, zes weken ben ik vooral bezig met overdragen.’

Klinkt best heftig.

‘Dat was het ook. In zo’n jaar is alles wat je doet snel en kort, je hebt maar heel weinig tijd voor dingen. Je aandachtsspanne wordt daardoor ook steeds korter. Eerder kon ik met gemak drie uur op een stoel zitten, maar nu merk ik dat ik dan steeds onrustig wordt. Dat is waar ik het meest naar uitkijk, dat er straks weer rust in mijn lichaam komt.’

Je gaat binnenkort afstuderen. Zien we je daarna terug bij een van de politieke partijen?

‘De ervaringen die ik dit jaar heb opgedaan zou ik liever inzetten voor een NGO dan voor een politieke partij. De Tweede Kamer zou ik misschien willen doen als ik vijftig ben. En dat is een andere keuze dan de gemiddelde LSVb’er zou maken, want dat zijn voornamelijk bestuurskundigen. Ik ben een anti-fan van het huidige politieke spel. Alles gaat voor de roem, de eer, de snelle resultaten. Over de lange termijn wordt niet nagedacht.’

Heb je nog tips voor de Wageningse studenten?

‘Tegen de eerste- en tweedejaars zou ik zeggen: laat je niet gek maken door de regels uit Den Haag. Kies de studie die het beste bij je past en heb lak aan dat efficiency-denken dat vanuit de regering wordt gepusht. Laat je vooral niet tegenhouden als je een bestuursjaar, buitenlandervaring of extra afstudeervakken wilt doen. Je kunt beter een goede student zijn dan een snelle. Het ergste dat deze regering je kan aandoen, is dat je uiteindelijk afstudeert en veel minder hebt geleerd dan dat je had kunnen leren.’

Leave a Reply


Je moet inloggen om een comment te plaatsen.