Student - 14 juni 2007
Crematorium voor rupsen
Bob Hubers brandt eikenprocessierupsen uit bomen, snoeit takken, telt luizen en helpt boomstronken verwijderen tijdens zijn stage bij Kuppen Boomverzorging in Mill. Hij is derdejaars Bos- en natuurbeheer bij Van Hall Larenstein in Velp en heeft als afstudeerrichting Bosbouw/Urban Forestry gekozen.
Vandaag en de afgelopen dagen ben ik rupsen wezen branden op plaatsen waar we met de zuigwagen niet kunnen komen. Dat doe ik met een stok met een brander erop. Ik sta dan vaak op een ladder en houd een emmer onder het afval.
Het was erg warm de laatste dagen en ik draag een beschermend pak vanwege het brandgevaar. Eén keer had ik het pak niet helemaal aan vanwege de warmte. Toen kreeg ik zelf last van die brandhaartjes. Bultjes zo klein als speldeknopjes en het jeukt nog steeds.
Het werk is heel afwisselend. Na die zware storm in januari hebben we in Grave, waar veel omgewaaide bomen lagen, stobben gefreesd. Stobben zijn stronken, die dan met een soort ronddraaiende beitelkop versnipperd worden. Verder ben ik een paar keer meegeweest met de werkvoorbereider die moest kijken of een boom van binnen rot was. En binnenkort beginnen we met de zomersnoei van lindebomen en platanen. Het bedrijf heeft onderhoudscontracten met verschillende gemeentes en met particulieren.
Ik heb ook meegeholpen met de bestrijding van bladluizen op lindebomen. Een luis vreet de hele dag blad en scheidt een eiwit af dat de bladeren - en de auto’s die onder de linden staan - plakkerig maakt. Eerst hebben we een paar weken monitoring gedaan. Dan knip je een takje af van een boom, pakt vijf willekeurige blaadjes en telt het aantal bladluizen. Je maakt onderscheid tussen jonge, volwassen en gevleugelde luizen. Afhankelijk van het aantal luizen en het weer - want na een flinke regen- en onweersbui spoelen de luizen vanzelf weg - wordt besloten om wel of niet te spuiten met een biologisch bestrijdingsmiddel.
Voor Larenstein heb ik de MBCS Helicon in Velp gedaan. Toen liep ik stage bij Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer. Nu loop ik voor het eerst een langere stage bij een particulier bedrijf en dat bevalt beter. Hier ga ik iedere dag met iemand op pad. Je komt overal en je bent niet wekenlang met hetzelfde bezig.Van de vijf dagen ben ik zo’n anderhalve dag op kantoor. Het liefst ben ik veel buiten. Dit soort werk zou ik best willen doen.’