Wetenschap - 22 februari 1996
Raad van State tegen studeerbaarheidsfonds
Raad van State tegen studeerbaarheidsfonds
De instelling van het fonds zal leiden tot vestzak-broekzakeffecten, denkt de Raad; geld dat eerst bezuinigd moest worden, komt via het fonds weer terug. Hierdoor zal een louter optische operatie ontstaan zonder merkbare gevolgen voor universiteit en student. Als die merkbare gevolgen wel ontstaan, zou de Raad dat betreuren. De adviseur vindt dat de 500 miljoen beter besteed kan worden aan lagere collegegelden en hogere studiebeurzen. Ritzen is het daar niet mee eens; hij denkt dat uit het fonds initiatieven kunnen worden betaald die de studeerbaarheid voor langere tijd verbeteren, en heeft zijn wetsvoorstel ongewijzigd naar de Tweede Kamer gezonden.